De eerste aanzet werd in 1943 gegeven door meester Wieling en Hindrik Bosma. Samen met Theo de Jong, H. Kuipers en K. van der Weg is op een zondagochtend besloten tot het oprichten van een korfbalclub in Eastermar. Wellicht ligt in het tijdstip van oprichten ook de grondslag voor DOW als zondagsclub.
Destijds kon met moeite een twaalftal (toen nog) op de been worden gebracht gezien het geringe aantal leden. Toen volstond ook één bal; meer ballen worden er tijdens een wedstrijd niet gebruikt, meer ballen hoefden er dan ook niet te zijn. Let wel de financiën waren ook niet al te ruim.
Het vervoer is in de loop van de jaren sneller geworden maar of het ook effectiever is geworden, is nog maar de vraag. De contacten met de aan de terugweg wonende bevolking zijn er in ieder geval niet beter op geworden. Tegenwoordig is de ploeg in ieder geval sneller thuis dan in de jaren vijftig, toen men nog wel eens bij een dansavondje onderweg wilde blijven hangen. Daar staat tegenover dat tegenwoordig de dansavonden door de korfballende jeugd worden georganiseerd.
Naar de analen vermelden is op tal van plaatsen gekorfbald. In eerste instantie vooral op velden aan de Swarte Wei maar allengs begonnen de Buorren te trekken. Uiteindelijk belande men op de velden van van Minnen aan de (toen nog) Grote Hornstweg. Tegenwoordig is dit terrein gelegen aan het Harstepaad in de omgeving van het gebouw de Kjellingen. De grote initiator in dezen was meester Zuiderveld; een man die grote invloed heeft gehad op het korfbal in Eastermar. In 1969 kwam aan alle omzwervingen een einde. Toen is DOW op de velden van Burgerkamp gaan ballen en daar spelen we nog steeds. In de loop van de jaren is de locatie en inrichting van de kleedruimte nog wel een aantal keren gewijzigd. Laatstelijk zijn door de stichting “Burgerkamp” nog een aantal kleedboxen bijgebouwd en is de kantine gerenoveerd.
Ook binnen de lijnen is er in de loop van zestig jaar het nodige gewijzigd. In 1943 werd er alleen nog maar op het veld gespeeld. Allengs ging dit echter niet meer (of werden de sporters te kritisch in hun speleisen) en deed het micro-korfbal zijn intrede. Een ietwat kleinerende benaming voor wat nu als zaalkorfbal bekend staat; voor sommigen een ideale combinatie van binnen en buiten sporten, voor anderen een must omdat ze of liever buiten of liever binnen spelen. In die tijd ontstonden ook de achttal-commissies, ingesteld om twaalftallen van het veld in te delen in achttallen voor het zaalseizoen. Eind jaren tachtig werd dit (verguisde) instituut in wezen overbodig omdat ook toen op het veld nog maar in twee in plaats van in drie vakken werd gespeeld. Veel van de huidig spelende DOW leden zullen geen notie meer hebben van het middenvak; laat staan dat ze erin gespeelt hebben. Vanaf toen dus zowel op het veld als in de zaal achttallen binnen de lijnen.
DOW heeft, zoals elke korfbalclub, sportieve hoogte- en dieptepunten gekend. Met het vijfentwintig jarig bestaan van DOW promoveerde het eerste van DOW naar destijds de tweede klasse KNKB een wist zich daarin ook te handhaven. In 1975 wist DOW het Friese korfbalkampioenschap op haar naam te schrijven. Dit ging ten koste van Waterpoort uit Sneek. Dit kunststukje werd in 1981 nog een keer herhaald ten koste van Emmeloord. (In de allerlaatste minuut scoort Sjoke Kooistra de winnende goal!). Op de dieptepunten zal hier niet verder worden ingegaan; dat is toch wat te pijnlijk voor de club. Eén aandachtspunt speelt al jaren in meerdere of mindere mate mee en heeft betrekking op de trainingsopkomst; maar zoals gezegd op deze voor de club pijnlijke punten zullen we niet publiekelijk ingaan.
Door de jaren heen is DOW flink gegroeid; soms iets meer, dan weer wat minder of ietwat terugloop maar over het ledenbestand heeft men zelden te klagen gehad. Momenteel telt onze vereniging circa 100 leden, in meerderheid jeugd. Dat is een goed teken, want zinszede: “Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst” te lezen; wel DOW heeft de jeugd en kan dus bogen op een goede toekomst.